Wilrijk komt oorspronkelijk van uuilrika en is overgegaan naar wilrice, wilrica, wilrike
'een nederzetting bij een villa/landgoed'
Zowel Rumst als Kontich bezaten vroeger een romeinse villa... en wellicht is Wilrijk ooit slechts een 'nederzetting' geweest
---
Lotenhulle heette eerst gewoon Lo, ging dan over in Loe bi poucke, lootenhulle, Loo ten hulle
Ten hulle is een verwijzing naar het engels voor hill
dus Lo op een heuvel
omdat Lo in de omgeving redelijk veel wordt gebruikt (zoals Lo'keren, Lo'christi en Lo zelf) moest er een bijvoegsel aan toegevoegd worden, om verwarring tegen te gaan
---
Hombeek heette eerst honbeke, honebeke, hembeke, hombeke
komt van honingkleurige beek (germaans: hunu = honingkleurig) of 'donkerkleurige'.
etymologisch identiek aan Humbeek (Vlaams Brabant)
---
Eernegem heette voorheen Ernigahem, erningahem, erneghem, eerneghem
komt van het Germaanse Arninga haim
'woonplaats van de lieden van arno'
---
Lanaken heette vroeger Lodenaken, ludenachen, lodenach, ludenaccher
germaans romaans (hludiniacas) wat staat voor nederzetting toebehorend aan Hludo.
de uitgang 'enaken' is de Nederlandse ontwikkeling van het romaanse iniacas.
ook Montenaken, semmerzake, slenaken en sippenaken stammen uit dezelfde namentype voort.
plaatsen met een 'aken'naam liggen vooral op grensgebieden
---
Voeren komt van Furonis, furon, forun
benoeming naar de dichtbijgelegen bijrivier van de maas, namelijk de Voer.
Stamt af van het Germaanse Furo (afleiding van Furjan). Nederlands voor leiden, brengen, dragen...
Voer betekent vaart of loop.
---
Zedelgem komt van Sedelinghem, Sedelengem, sedelghem, Zedelgem, Zedelgemse kercke, Zeleghem en Zilleghem
germaanse persoonsnaam Sidulo, verbonden met het verzamelsuffix 'inga' en heem.
Woonplaats van de lieden van Sidulo of sidilo, verkleinvorm van sidu - zede.
---
Dikkebus oorspronkelijk Thicabusca, dickebus, dickebusch
samenstelling van het adjectief dik , uit germaans thekwj en bos.
De naam betekent 'dicht struikgewas'
----
Dilbeek voorheen dedelbeccha, dilbeccensis, dilbec
oorspronkelijk waternaam, eerste deel is op zich al een waternaam.
dhidhila, afleiding van de indo-europese wortel Dheidh, wat schitterend betekent.
de naam werd later uitgebreid met het woord beek, toen het eerste lid niet meer als waternaam begrepen werd.
De kleine bijbeek van de itterbeek draagt dezelfde naam
---
Werken komt van Werecundia, werkin, werkene, werken
komt van een oudgermaanse waternaam 'wirkundjo'.
---
Zerkegem komt van Sarchingehem, sarkangem, serchingehem, zerkengheem, zerkenghem, zerkegem
samenstelling van het germaanse Saruko of saracho, saricho, verbonden met het verzamelsuffix 'inga' en heem.
Woonplaats van de lieden van Saruko. Vergelijkend met Zerkingen (oudste wijk St.-Truiden)
---
Zandvoorde komende van Zantvorde, zandvorde, zandvoorde
voorde = doorwaadbare plaats in zandig terrein
Zand hoeft geen uitleg

---
Wingene komende van Wenghinas, winginis, wingina, wingine
zou van een voorgermaanse nederzettingsnaam 'wanghinos' afgeleid uit de waternaam wanghina' zelf.
Ghina is een afgeleide van de verzamelsuffix 'ina' en wegh komt van het indo-europese uitbuigend
de plaats zou genoemd zijn naar een ligging van een beek.
Ik zal wel nog mensjes over het hoofd hebben gezien, maar als je't ook wil weten... roep me effe
